De laatste test voor de Dakar Rally 2023 van start gaat – zaterdagochtend – toverde een grote glimlach op de gezichten van Gert Huzink en Pascal de Baar. De beide Riwald-trucks hadden zich uitstekend gehouden in de shakedown bij het Sea Camp aan de Rode Zee in Saoedi Arabië. “Het is lekker als het dan ook hier allemaal goed gaat.”

Na de tegenvallende Dakar van vorig jaar werden zowel de hybride truck van Huzink als de conventionele Renault van De Baar stevig onder handen genomen. Veel veranderingen vragen ook om veel testwerk. Dat gebeurde in Polen en Marokko. “Daar hebben we ook tijd voor gemaakt”, vertelde Huzink. “Testen én zien dat je stappen maakt, is belangrijk als je de truck wilt verbeteren. Het is mooi dat nu, zo kort voor de Dakar 2023, blijkt dat alles goed is, dat we de juiste keuzes hebben gemaakt. Ik ben blij dat we zoveel hebben getest en dat het tot nu toe goed uitpakt.”

Dat moet je altijd maar afwachten, weet ook Pascal de Baar. “Een truck beter maken is niet gemakkelijk. Je begint met tekenen, gaat spullen bestellen en bouwen en dan is het altijd weer spannend of je wel de goede kant op bouwt. Dat merk je pas als je gaat testen. Bij de eerste test hebben we een auto precies zo gelaten als tijdens de vorige Dakar, zodat we de verschillen goed konden zien. We zien nu, ook in deze laatste test in Saoedi Arabië dat we ook ten opzichte van de concurrentie de vooruitgang lijken te hebben geboekt die we wilden.”

In het huidige veld was dat ook wel noodzakelijk, menen De Baar en Huzink. Nu Kamaz en Maz er niet bij zijn, ligt de wedstrijd bij de trucks volledig open. “Ik vind het veel eerlijker geworden”, zegt De Baar. “Iedereen is aan elkaar gewaagd. En als je wat wilt doen, moet je het nu doen en dan moet je er staan.”

Dat was voor Huzink, als vanouds geflankeerd door navigator Rob Buursen en monteur Martin Roesink, de reden om toch mee te doen aan de editie 2023, terwijl dat eigenlijk niet het plan was. “Hoe vaak krijg je de kans om Dakar te rijden zonder Kamaz? We waren altijd tevreden als we tussen de Russen konden rijden. Nu ze er niet zijn, moeten we zorgen dat we vooraan rijden. Nu we weten dat de auto goed is, kunnen we op onszelf focussen. Ik denk dat er voorin veel strijd komt, dat het een tactisch spel wordt en dan moeten wij ook zorgen dat we erbij zijn en de kop niet gek laten maken.”

Pascal de Baar, met Stefan Slootjes en Marcin Krüger in de cabine, beaamt de stelling van zijn teamgenoot dat het zaak is er vanaf het begin goed bij te staan. Hij hoopt dat het in elk geval in de tweede week niet meer om secondes gaat, maar dat er grotere verschillen gemaakt kunnen worden. In de tweede week staan er volop duinen op het programma. “Dan gaat het om stuurmanskunst”, weet De Baar. “Ik zeg niet dat ik beter ben of meer ervaring heb, maar in de duinen moet je het verschil maken. De afgelopen jaren was dat er te weinig. Het kon gebeuren dat je zomaar drie plaatsen verloor als je een keer niet meteen van de eerste keer een duin op kwam. Laat het maar weer gaan om een kwartier, een half uur of nog meer.”

In de proloog zal dat nog niet het geval zijn, maar in de 11 kilometer lus bij het Sea Camp kan er toch al van alles gebeuren. Gert Huzink wil een poging wagen meteen al richting de top 10 te knallen. “Dat is een risico, maar als je op de max wilt rijden, moet je dat risico nemen. Met nummer 520 starten we zaterdag als twintigste truck. Als het lukt om in de proloog in de top 10 te rijden, zijn we er meteen bij en kan vanaf 1 januari het rechterpootje naar beneden.”